Gaan we dit jaar weg van huis of wordt het dit jaar ‘Balkonia’ of ‘Auszuhause’? Niet alleen het prachtige weer blaast die overwegingen nieuw leven in, ook de vrees voor inbraken speelt wellicht een rol. Vooral bij degenen die al eens een inbraak(poging) meemaakten.
Volgens Coen Staal, voorzitter van de Nationale Inbraakpreventie Weken (NIPW), hakt het er flink in als je terugkomt van vakantie en ziet dat je hele huis overhoop is gehaald: “Jaarlijks overkomt dit ongeveer 15.000 vakantiegangers. Ook al treft zo’n 75% van de inbraakslachtoffers snel maatregelen met betere sloten of plaatsing van een alarminstallatie, bij het naderen van de vakantie slaat de twijfel toch weer toe. Hebben ze wel voldoende gedaan? Wel of toch maar niet gaan?” Met de negen tips in dit bericht maak je het de inbreker al heel wat moeilijker en ga je een stuk geruster op vakantie.
Overduidelijk niemand thuis
De gelegenheidsinbreker opereert vaak in zijn eigen wijk. Hij loopt daar rond en ziet al snel of iemand niet thuis is. Staal: ”Ik loop zelf ook regelmatig een rondje door de wijk en zie meteen of mensen thuis zijn of niet. Zeg nou zelf: het valt toch op als er dagenlang ’s avonds maar één lampje in de woonkamer brandt. Of de lamellen of gordijnen ook overdag dicht zijn. Wanneer je (als inbreker) naar de voordeur loopt en vervolgens stapels post en kranten zichtbaar op de deurmat ziet liggen, dan is het toch vrij duidelijk dat er niemand thuis is?” Staal vervolgt: “Soms schakelt men buren of vrienden in om op het huis te passen. Zij halen dan de post van de deurmat en sorteren die keurig in het zicht op de eettafel. Een duidelijk signaal dat de bewoners weg zijn. Een inbreker heeft derhalve alle tijd om zich toegang tot je huis te verschaffen en de spullen waar je zo aan gehecht bent, mee te nemen. De ring die je van je ouders hebt gekregen of je laptop met alle vakantiefoto’s, om maar eens wat te noemen!”
Zes van de tien voordeursloten en zeven van de tien achterdeursloten (zeer) slecht
Je vergroot de kans op inbraak aanzienlijk wanneer je, zoals hierboven beschreven, zo overduidelijk laat zien dat er niemand thuis is. Inbrekers komen meestal binnen via de achter- of voordeur. Een ervaren inbreker ziet in een oogopslag of een achterdeurslot een ‘makkie’ is of dat het een zware klus gaat worden. Meestal kiest hij voor de makkelijkste optie, en laat de beter beveiligde huizen aan zich voorbij gaan. In de zomer heeft hij tenslotte keus te over: er zijn veel mensen voor langere tijd van huis.
Onderzoek* wijst uit dat maar liefst 60% van de voordeuren een zodanig slecht slot of beslag heeft dat een inbreker met wat gereedschap in 1 à 2 minuten binnen is. En dán heeft hij volop tijd om op zoek te gaan naar jouw waardevolle spullen. Met achterdeuren is het zelfs nog slechter gesteld: zeven op de tien sloten zijn niet echt inbraakwerend te noemen.
Negen tips om met een veilig gevoel op vakantie te gaan
Voor iedereen geldt: maak het inbrekers nooit makkelijk, zéker niet tijdens de vakantie. Om straks met een gerust gevoel naar je vakantiebestemming af te reizen, heeft de stichting Nationale Inbraakpreventie Weken negen slimme tips voor je:
* Onderzoek van de stichting Nationale Inbraakpreventie Weken onder 788 huishoudens in maart 2018